(uitgesproken tekst geldt)
Ook de fractie van de Pvda wil graag haar beschouwingen met u allen delen.
Wij zullen ons toespitsen op 4 hoofdthema’s nl: zorg, welzijn, wonen en mobiliteit. 4 hoofdthema’s die allen met elkaar 1 gemene deler hebben: de inwoner van onze gemeente.
De inwoner van onze gemeente die verzekerd moet zijn van goede zorg, van een hand op de schouder, of een steuntje en misschien zelfs wel een duwtje in de rug als dat nodig is. Die hier met veel plezier woont, betaalbaar en in een schone, hele en veilige buurt. Die ook op een prettige manier zich kan verplaatsen in onze gemeente of daarbuiten. Met de benenwagen, de fiets, de auto of het OV.
Die gebruik kan maken van alle voorzieningen in onze gemeente zoals sport en cultuur. Ook als het hem of haar even minder gaat. Al deze facetten dragen bij aan het welzijn van onze inwoners.
Het huidige niveau van zorg en welzijn in onze gemeente vinden wij goed. Dit betekent niet dat we stil kunnen zitten. Stilstaan is inmiddels achteruit hollen. Aanscherpen van het beleid en doorontwikkelen van bestaande projecten behoren tot de normale bezigheden van een actieve gemeente.
Uiteraard maken wij ons zorgen over de zorg. Het financiële tekort op veel onderdelen loopt snel op en de vraag is: zijn wij hier in control? Kunnen we sturen? Zitten we aan het goede stuur? En is alle zorg die gevraagd wordt ook de vraag die echt nodig is. Dit laatste is natuurlijk het maatwerk dat wij leveren aan onze inwoners, maar het lijkt ons een terechte vraag om de hele zorg eens goed onder de loep te nemen. Ook hier verwachten wij een proactieve houding van het college.
Voorop staat voor ons dat wij niet op zoek zijn naar een lager of minder niveau van de zorg die wij onze inwoners bieden, maar het lijkt ons goed dat er een totaalbeeld, een totaaloverzicht komt, juist om inzicht te krijgen waar er nog ruimte is om te handelen. Soms is het meer, soms is het minder, pas als we weten hoe het ermee staat, kunnen we de afweging maken.
Jongeren moeten gestimuleerd worden om goed, passend onderwijs te volgen, zodat zij straks een goede start kunnen maken. Onderwijs en arbeidsmarkt moeten nog steeds beter op elkaar aansluiten. Ik denk dan bijvoorbeeld aan voorlichting op scholen door bedrijven, aan meer stageplekken en aan meer werkervaringsplaatsen. Hoewel de gemeente niet over de inhoud van het onderwijs gaat, kan en moet de gemeente wel de connectie tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt stimuleren en faciliteren.
Er is ons een onderzoek toegezegd naar de functionaliteit van dorps- en wijkgebouwen in relatie tot andere gebouwen in een wijk of kern. Kunnen we functies samenvoegen? Hebben we alle gebouwen nog wel nodig? Wat is nodig om ook hier het welzijn van onze inwoners te waarborgen? Extra aandacht is gewenst voor het toenemend aantal senioren. Ook voor onze jeugd en jongeren dienen voldoende faciliteiten aanwezig te zijn.
We kijken uit naar de resultaten van dit onderzoek en zijn benieuwd wanneer we dit kunnen ontvangen. Zo is het een goed plan om eens te kijken naar al ons eigen gemeentelijk vastgoed. Er is ons al ettelijke jaren gemeld dat er een onderzoek gaande is. Wat hebben we, wat is de boekwaarde en de huidige waarde, wat zijn de jaarlijkse kosten en wat levert het op als we het gaan verkopen? Tot op heden hebben wij de resultaten van dit onderzoek nog niet mogen ontvangen. Dat bevreemdt ons omdat we juist door het afstoten van niet noodzakelijk vastgoed onze schuldenpositie zouden kunnen verbeteren.
Natuurlijk willen we dat iedereen in onze gemeente een betaalbare woning kan vinden. Dit betekent naast bouwen ook kijken naar oplossingen in de huidige bouw. Dat het college vaart gaat maken met de woonversnelling, een tandje bij gaat zetten lijkt ons verstandig en broodnodig. We hopen dat de huidige knelpunten in de bouwwereld slechts voor een tijdelijke vertraging heeft gezorgd. In het coalitieprogramma is afgesproken dat we 50% betaalbare woningen gaan bouwen en dat de wachttijd voor een sociale huurwoning naar beneden gaat. Wij verwachten dat hieraan in de begroting 2020 concreet invulling wordt gegeven.
We kijken ook uit naar de nieuwe woonvisie waarin we verwachten beleid en voorstellen aan te treffen over hoe we in het huidige bestand ruimte kunnen vinden. Maar ook hoe we omgaan met de schaarste die er voorlopig nog wel is.
Het blijft voor de fractie van de PvdA een must om eerst te bewegen en dan te bouwen. We maken ons hier echt grote zorgen om. Met alle ontwikkelingen die de komende jaren op ons af komen lijkt het een uitgemaakte zaak dat onze polderwegen dicht zullen slibben. Het doortrekken van de Noord Zuid lijn of het aanleggen van de Duinpolderweg zijn niet alleen een must maar gaan ook nog wel wat jaren duren.
En hoe gaan wij het nieuwe provinciebestuur er toe bewegen het pleidooi van Haarlemmermeer voor de zuidelijke variant te honoreren? Hoe denkt het college hier mee om te gaan?
En tot die tijd? Minder bouwen? Minder bewegen? Meer OV? Meer Snelfietsroutes? Van die laatste twee zijn wij zeker voorstander, van de eerste twee niet. We gaan het er vandaag vast nog met elkaar over hebben.
Bij welzijn voor onze inwoners hoort ook groen. Voldoende groen ter ontspanning en recreatie. Wij gaan ervan uit dat Spaarndam ongedeeld in de nieuwe Haarlemmermeer blijft. We kennen ondertussen de uitslag van de provincie en wachten de reactie van de minister af. De groene buffer is wat de PvdA betreft voor heel Haarlemmermeer van belang.
Wat hebben wij voor dit alles nodig in onze gemeente? Uiteraard geld.
En daar wringt de schoen meteen. De eerste voorjaarsrapportage van het nieuwe college laat een negatief meerjarenbeeld zien. Na een correctie op basis van de meicirculaire ontstaan er vanaf 2022 bij ongewijzigd beleid grote structurele tekorten. Er is nog voldoende tijd om hierop passend beleid te ontwikkelen en het college heeft al enkele maatregelen genomen.
De tekorten op bijvoorbeeld Jeugdzorg en WMO zijn in het hele land terug te zien en zijn terug te voeren op de decentralisaties vanaf 2015 en daarop volgend rijksbeleid.
Wat de PvdA betreft is een extra structurele bijdrage vanuit het rijk hier op zijn plaats. Wij zijn benieuwd naar de resultaten van de door het rijk geïnitieerde onderzoek en naar de besluiten van een volgend kabinet. Als het goed is ontvangen we nog dit jaar richtlijnen hierover.
Dit betekent niet dat het college wat ons betreft achterover kan leunen en de hand op houden; wij verwachten een proactieve houding die ervoor zorgt dat het college komt met voorstellen tot kostenbeperking of verhoging van baten.